Alstuwel en dankublieft

Woordenschat uit dit thema:
 
Voorgoed = voor altijd
 
Zorgzaam= zorg dragen voor iemand
 
Wanhopig = zonder hoop, niet meer weten wat te doen
 
Schraal = koud en doog
 
Attent = aardig
 
Hoofdzaak = wat belangrijk is
 
Bijzaak= wat niet belangrijk is
 
De larve = diertje dat net uit een ei kruipt en later nog verandert
 
Stabiel = vast en evenwichtig
 
Neuriën = zachtjes zingen met gesloten mond
 
Sociaal = graag omgaan met andere mensen
 
Uniek = er is er maar één van
 
Nors = onvriendelijk
 
Afzonderlijk = apart , niet samen
 
Inspraak hebben in iets= de kans krijgen om iets te zeggen over iets
 
Beknopt = in het kort
 
Gebruikelijk = alledaags, komt veel voor
 
Specifiek = een kenmerk van
 
Resultaat = uitslag of gevolg
 
Lippen tuiten = mond in 'kusstand' brengen